dinsdag 14 juni 2011

Maleisië deel 1: Een culturele mix

Vanuit China kwamen we op vrijdagavond aan in Kuala Lumpur (KL). Hier wachtte ons een warm onthaal, in de letterlijke zin van het woord. Het was ongeveer 35 graden en drukkend benauwd. Met onze 50 (!) kilo bagage een hele opgave om bij het hostel te komen, maar daar konden we dan ook lekker de airco aandoen.

Het is maar goed dat we 4 maanden geleden zijn gestopt met het maken van een reisplan, anders hadden we het plan vast ambitieus ingezet voor Maleisië. We waren even vergeten hoe heet het kan zijn…  Nu hadden we geen plan maar na enig speurwerk in de Holy Planet besloten we ons te beperken tot 4 plaatsen: KL, Cameron Highlands, Melaka en Tioman eiland. Voor een veelzijdig land als dit een beperkte keus, maar in de zonnesteekweken van Primafoon terecht komen leek ons ook geen goed idee.

Goed, Kuala Lumpur dus… De bekendste attractie van KL zijn de Petronas torens. De tickets hiervoor zijn gratis maar dan moet je wel om 8:30 uur er zijn om een timed ticket af te halen. Dat leek ons niet handig. Ons hotel lag in Chinatown en daar waren genoeg andere bezienswaardigheden.  We gingen naar de Sentral Market en verbaasden ons over hoe georganiseerd en netjes de markt was. Hier geen dubieuze eetstalletjes en schreeuwerige verkopers, maar een nette hal met allerlei kleine winkeltjes. In de winkelstraat van Chinatown, Jalan Petaling, was het meer zoals in de rest van Azië: drukke verkopers en overheersende etensluchtjes. Erik keek nog even rond voor schoenen, wel goedkoop maar kwalitatief niet goed.

Wat meteen opviel aan Maleisie is dat de mensen echt een culturele mix zijn. Er zijn 3 grote bevolkingsgroepen: Indiers, Chinezen en Maleisiers. Omdat er mensen zijn van allerlei kleuren en maten vallen we ook wat minder op. (Dit betekent ook dat onze modellencarriere afgelopen is...). De culturele mix blijkt ook duidelijk uit het eten, dat hier heel lekker is. We gingen naar het Indiase restaurant en bestelden voor 2 euro een menu. Eerst brachten ze een placemat van bananenblad. Wij waren deze nog aan het bekijken toen er iemand kwam met een aantal bakjes. Hij deed van alles een schepje op ons bananenblad. Het was dus geen placemat maar een bord… Nadat het minibuffet zo was uitgestald gaf de ober aan dat we konden beginnen. Maar we hadden geen bestek – in India eten ze met hun handen. Gelukkig was er op verzoek wel bestek want rijst en currysaus met je vingers naar binnen werken is toch voor gevorderden :-).


Op zondag gingen we naar het vogelpark. Dit is overdekt waardoor de vogels (niet de roofvogels natuurlijk) vrij kunnen rondvliegen. Er waren hele mooie grote, kleurige soorten. Ze deden ook een show waarbij de vogels een paar grappige trucjes lieten zien, zoals bordjes omdraaien en over de tafel racen met mini-fietsjes. Wel in een diervriendelijke sfeer en veel minder commercieel dan de dierentuin van Steve Irwin.

Maandagochtend gingen we naar het postkantoor om een pakje naar huis te sturen. We hadden zo’n 13 kilo bij elkaar geharkt aan souvenirs en kleren die we niet meer nodig hebben (dikke vesten enzo) die we wilden opsturen. Na wat geharrewar hadden we een doos bemachtigd om alles in te stoppen. Helaas kwamen we er toen achter dat je maar 10 kilo mocht versturen… Dus dat werd een selectie maken. De postkantoormevrouw probeerde nog even of we het toch niet met de luchtpost wilden doen, maar dit kostte 270 ringgit (ongeveer 60 euro) in plaats van 16 euro in de zeecontainer. De keus was snel gemaakt ;-)

’s Middags gingen we met de bus naar de Cameron Highlands. Dit ligt op ongeveer 4 uur rijden vanaf KL en staat bekend om zijn theeplantages. Bijkomend voordeel voor blanke bleekscheten is dat het in de bergen is, waardoor de temperatuur in de zomer tussen de 20-25 graden varieert. Een stuk beter dus! 

Vanuit het hostel konden we allerlei excursies boeken, bijvoorbeeld naar het hoogste punt van de highlands. Dit is ongeveer 2300 m en je had er een schitterend uitzicht over de theevelden. Vlak onder de top lag het het ‘mossige regenwoud’. Dit oerbos was 230 miljoen jaar oud en had vanwege het speciale klimaat (hoog & vochtig) een bijzondere plantengroei. De gids plukte blaadjes van allerlei bomen en legde uit dat ze gebruikt werden als medicijnen. Zo was er bijvoorbeeld een blad dat je moest gebruiken om het bloeden te stoppen als je was gebeten door een bloedzuiger. En een plant met een kelk waarin de vliegjes vastplakten zodat ze konden worden opgesnoept.


Daarna was het tijd voor de theeplantage van BOH thee. Voor ons geen bekende naam, maar wereldberoemd in Azië. De theeplantage is opgezet door een Engelsman, John Russel, en nu nog steeds in handen van zijn familie. De theestruiken (eigenlijk bomen!) op de foto zijn van 1929 maar worden iedere 3 jaar gesnoeid om ze zo laag te houden. Dit is beter voor de kwaliteit van de thee en natuurlijk veel makkelijke voor het plukken van de jonge blaadjes.


In Cameron Highlands waren ook veel andere attracties, waaronder de vlindertuin. Onderweg hebben we al heel wat vlinders mogen bewonderen, maar dit waren toch wel de allergrootste!

Niet alleen de vlinders waren groot, ook de andere dieren die ze hadden. Ook de kevers waren niet bepaald klein te noemen. Steef durfde dit exemplaar alleen vast te houden op een stokje:

Behalve de thee staat Cameron Highlands ook bekend om de aardbeien. Om souvenirs in te slaan, gingen we naar de avondmarkt 1 dorpje verderop. Als echte wandel-diehards namen we niet de taxi maar gingen we door het bos lopen. Helaas barstte er net een regenbui los, dus met onze mooie blauwe plastic poncho’s aan glibberden we door het bos. Gelukkig waren er weinig andere toeschouwers, anders hadden ze vast gezongen: “Waar komen jullie toch vandaan? Kunnen jullie door een waterkraan?” Helemaal doorweekt kwamen we dan bij de markt. Erik zag iets raars op Steef haar oor, het was een bloedzuiger.. Brrr… En natuurlijk nét die speciale bladeren niet in de buurt he. Gelukkig stopte het bloeden vanzelf na ongeveer 3 uur.

Van de schrik bekomen stortten we ons toen maar op de souvenirs.  Er waren minstens 1 miljoen dingen met aardbeien: aardbeienkussens, aardbeiensloffen, aardbeienshirts, aardbeienmagneten enzovoort. Natuurlijk bleef er toch wat aan ons plakken, daarom kan Steef nu heerlijk slapen in haar aardbeienpyjama en blijven we voortaan droog dankzij onze grote aardbeienparaplu. Bleek die paraplu niet in de koffer te kunnen…. Hij hangt nu aan de rugzak van Steef – heel handig (ahum).

Na een paar volle excursiedagen wilde Steef even lekker uitrusten. Erik kreeg er nog geen genoeg van, hij wilde nog naar de rafflesia. Dit is de grootste bloem ter wereld, en hij bloeit maar enkele dagen. De tocht ernaar toe was ongeveer 1 uur over de verharde weg en dan nog 30 minuten de berg op. Aangezien het in Cameron Highands vaak regent, was het een enorme modderboel met diepe sporen. Zonder een jeep met 4-wielaandrijving was het nooit gelukt. Door elkaar geschud werden Erik en de andere groepsleden boven afgezet en dachten wel even naar de bloem te lopen. Het zou ongeveer 75 minuten lopen zijn… Na 2 uur wandelen, klimmen, lopen over bruggen die drie bamboestengels breed waren en springend over rotsen in een riviertje kwam bijna iedereen toch droog bij de bloem. Het was erg mooi om zo diep in het regenwoud een reuzenbloem te zien van bijna een meter doorsnede. Eerst was het tijd voor foto’s en daarna gaf de gids uitleg over de bloem. Bleek het geen bloem te zijn… maar een paddenstoel in de vorm van een bloem om insecten aan te trekken en op te eten!


Na de heerlijke koelte van de Cameron Highlands wilden we naar Melaka. Dit is ongeveer 7 uur naar het zuiden rijden. Omdat het onduidelijk was of we de busaansluiting in KL zouden halen, boekten we daar nog maar een nachtje. Ja en die torens he…. We zijn toch maar even gaan kijken. Niet erin, dat ging niet meer, maar toch nog een fotootje ‘by night’.

De volgende dag namen we dan de bus naar Melaka. Nou hebben wij in Azië al veel met de bus gereisd, maar de lange afstandsbussen in Maleisië zijn wel bijzonder fijn. We waren opgestapt bij het busstation in de buurt, en na 10 minuten in een shuttlebus moesten we overstappen op een andere bus. Deze was er echter nog niet, en iemand zei dat we binnen konden wachten (airco, dus altijd beter dan buiten). Het zag er binnen heel hip uit, het leek wel een koffiebar. Erik zag een ober en zei voor de gein: “1 koffie en 1 thee graag :-)”  Bleek het inderdaad zo te zijn dat die meneer ons van drinken ging voorzien. We kregen ook een schaaltje met koekjes, maar het waren geen zoete cakejes ofzo maar nasiballen. Even wennen om 10 uur ‘s ochtends maar het smaakte heerlijk. Wat ons betreft kon de bus nog wel even op zich laten wachten, wij zaten daar prima in de
‘bus-inesslounge’.

Na een vlotte busrit kwamen we dan aan in Melaka, een stad met een lekker zuiderse sfeer. Steef vindt het een combinatie van Havana en oud-China. Melaka is veel kleiner dan KL maar met een interessante koloniale geschiedenis. Vroeger (1641 tot 1825) was de stad namelijk Nederlands bezit  - veroverd op de Portugezen. Melaka lag namelijk heel centraal voor de handel in specerijen, en werd hiermee tijdelijk het hoofdkwartier van de VOC. In het Stadhuys in Nederlandse bouwstijl zagen we een lijst van Nederlandse gouverneurs, waaronder Jan van Riebeeck. Voor ons een ‘oude bekende’, want na zijn tijd in Azië stichtte hij Kaapstad. Ook zijn er nog straten met Nederlandse namen zoals de Jonkerstraat en de Heerenstraat. In het Stadhuys zat ook een ‘Dutch bakery’, en wij hadden inmiddels wel honger gekregen van al die geschiedenis. Helaas was de bakkerij een opstelling van het museum, en niet een verdwaald filiaal van Bakker Bart . Toen gingen we maar lunchen bij een Chinees restaurant met de lokale specialiteit van kippenrijstballen.


Op aanraden van Steef’s collega Soo gingen we ook naar het Baba-Nyonya museum. Dit ging over Chinezen die zich vanaf 1500 in Maleisië hebben gevestigd, en met Maleisiërs zijn getrouwd. Een interessante culturele mix. Het museum bestond uit 3 herenhuizen die aan elkaar zaten. Aan de voorkant van het eerste huis was een bruidskamer. Hier gingen de bruid en de bruidegom elkaar na het huwelijk voor het eerst ontmoeten – ze waren door families aan elkaar gekoppeld. Om ze voorgoed aan elkaar te verbinden, stond er ‘sticky rice’ (plakrijst) op het huwelijksmenu. Ook zagen we een grote bamboe manden met verschillende lagen, hierin deden ze de huwelijkscadeaus. Volgens een zeer enthousiaste gids was het nu niet meer nodig om een grote mand te gebruiken, voor een diamant en een creditcard was een klein mandje ook groot genoeg :-). Verder zat er in de kamer ook een toilet, omdat het normale toilet buiten aan de achterkant van het huis zat. In de vloer van de kamer was een klein luikje, als je er in naar beneden keek zag je wie er voor de voordeur stond. Mocht je helemaal niet van het bezoek gediend zijn, dan had je altijd nog het reservoir van het toilet…. Het luikje was zeg maar een ‘pee(p)hole’…Wij kwamen niet meer bij….

In de buurt van Melaka ligt het park Mini-Maleisie en Mini-Azië. Hier laten ze zien hoe de traditionele huizen in de verschillende regio’s eruit zien. Net toen we even wilden gaan zitten, riepen ze om dat er bijna een show begon. Dat wilden we natuurlijk wel zien… Het ‘showballet’ bestond uit drie dames en 1 heer, in hele mooie kostuums. Aan het eind van de show nodigden ze de toeschouwers uit om op het podium te komen, dus we vielen weer net met onze neus in de boter. Gelukkig was het stuk dat we mee mochten dansen niet zo moeilijk, het bestond uit een soort Sirtaki, een lokale variant op de Klompendans en een paar rondjes inhaken. Kwam onze vroegere carnavalservaring toch maar mooi van pas…



In Melaka kun je, naast historische,  ook hele hippe dingen doen. Steef wilde graag naar een minicursus zeep maken, dus ging Erik er ook maar mee naar toe. We kregen zeep in een soort schijven, die we klein moesten snijden. Deze ging daarna in een pannetje om te smelten. Ondertussen maakten we een ‘limoenschijfje’ van zeep, dit werd later de finishing touch. Onze gesmolten zeep ging met geurdruppels in een bekertje, samen met de later gemaakte ‘ijsblokjes’. Het limoenschijfje erop en na een uur hadden we een mooie cocktail (of was het een mocktail?) gemaakt. Zie hier het resultaat!

Volgende keer: het – hopelijk- paradijselijke eiland Tioman, en een Belgisch weerzien in Singapore!
PS. Het is ook weer fijn dat we bijna naar huis komen :-). Dan zien we jullie allemaal weer!




4 opmerkingen:

  1. Hallo!!

    Nou met het eind bijna in zicht klinken jullie verhalen weer super. Raak je niet ooit verzadigd van al die indrukken??

    Wij zijn blij dat jullie het zo fijn hebben, maar ook zeker dat jullie weer thuis gaan komen en dat we kunnen knuffelen en wij jullie Nienke kunnen showen!!!! Ze doet het echt super en is al lekker gegroeid. (een beetje babyvet :-))

    Dikke kus van ons

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Een geweldig verhaal; wat een belevenissen!!!!!!
    We lezen jullie verhalen met veel plezier.
    Maar het einde is in zicht.Geniet nog veel.
    We wensen jullie een goede terugreis en zien jullie wel weer verschijnen op De Donk.
    Groetjes,
    Berthie en Hennie

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Steef en Erik, wat een geweldige reis , heel indrukwekkend, wat een ervaring en wat een geweldige foto's.
    Hen regelmatig jullie site gevolgd en heb genoten van jullie verslagen foto's.
    Het einde van de reis is er bijna, maar dit neemt niemand jullie nog af.
    Heel veel groetjes van Mieke v. Zandvoort

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dag lieve schatten. Heerlijk weer om jullie mooie verhalen weer te lezen. het lijkt nog maar zo kort geleden dat we afscheid namen in de sneeuw en nu komen jullie al weer bijna thuis zijn. Hoewel het allemaal heel snel is gegaan, zal ik toch ook weer blij zijn wanneer jullie gewoon weer dichtbij en "bezoekbaar" zijn.

    Om alle verhalen en foto's te bekijken moeten we maar een heel weekend in gaan plannen ben ik bang.

    Geniet nog van de laatste dagen en tot snel (fijn om dat weer te kunnen zeggen).

    Liefs Loes

    BeantwoordenVerwijderen